‘Zo, vanaf nu moet je het zelf doen. Ik heb het een paar dagen voorgedaan, nu jij’, lijkt moedermerel te zeggen. Ze voert haar jong nog maar mondjesmaat, eet vooral zelf van de appel. Het jong zit naast haar, wat verbaasd en stilletjes. Wat te doen? Hij wacht rustig en als moeder even de andere kant op kijkt, pakt hij snel de appelschil. Oh oh… wat nu?!?… hij huppelt er wat onzeker een stukje mee weg. Het jong hapt en pikt in de schil, net zoals moeder. Probeert een klein stukje schil in één keer op te eten. Het bekje in, het bekje weer uit, erin, er weer uit. Moeder komt erbij. Pakt het stukje schil en stopt het in het bekje van haar jong. Die gooit het weer op de grond. Moeder probeert het nog eens. Uiteindelijk eet ze het zelf maar op.
De volgende dag probeert het jong het opnieuw. Hij hapt en eet nu zelf kleine stukjes appel. Hij durft zelfs een rozijntje van de tuintafel te pakken. Hij wordt steeds wat vrijer en is op meer afstand van moeder. Wat ben ik blij om te zien dat het jong nu zelf eet, een nieuwe stap in zelfstandigheid. Ik kijk er met plezier naar. Real life, op zomaar een paar meter van me vandaan. Mooi!
Weer een paar dagen later komt het jong ook alleen. Moeder volgt meestal kort erna. Ik hoop dat als hij straks volwassen is, langs blijft komen. En ons dan, net als zijn ouders nu, trakteert op zo’n mooi zangconcert. Dan zal ik hem groeten en met een glimlach op mijn gezicht naar hem luisteren.
De Merel 2
Zeg merel ik hoorde je zingen
toen iedereen nog sliep
was ’t regen, was ’t regen
waarop jij zo riep
maar nee het was de zon
die jij hielp op te staan
en toch heeft men jou een
zwart pak aangedaan.
‘De natuur kijkt op haar horloge, het is…vijf voor lente’.
Agnes Hermelink